• Oeuvre
  • Exposities
  • Info
  • Odapark, Venray

    BEWAAR / BEWARE ZIMMER

    25 januari – 21 april 2025

    Begin december 2024 verplaatste Ans Verdijk de volledige inhoud van haar atelier in Beugen naar het Odapark. In de tuinzaal componeerde ze een web van werken waar bezoekers vanaf 25 januari 2025 doorheen mogen dwalen. Curator Joep Vossebeld beschrijft zijn kennismaking met het werk van Ans Verdijk.

    Het is goed om vooraf te zeggen dat Ans Verdijk de eerste kunstenaar was die ik ooit ontmoette. Jarenlang gaf Ans les aan de propedeuse en vooropleiding van de kunstacademie in Maastricht. Tot voor kort introduceerde ze er jonge mensen, tieners vaak, in de wereld van de kunst. Ze liet zien dat kunstwerken vele vormen aannemen, anders dan een schilderij of een beeld. Ze toonde vooral ook hoe je je leven met kunst kunt vullen, er je dagelijks mee kunt omringen en het de leidraad kan maken van alles wat je doet. Pas veel later besefte ik, en vermoedelijk hele generaties studenten met mij, dat Ans afweek van de heersende opvattingen in het kunstonderwijs. Een minimalistische vormtaal ging nog vaak hand in hand met een doorwrocht intellectueel concept.

    Ans bracht een ander geluid, het begon al bij binnenkomst. De combinatie van kleding en sierraden was iedere keer zorgvuldig gekozen en vaak een kleurrijke mengeling van eigen creaties en die van bevriende makers. Het was een statement: less is more?[1] Dat is hier niet aan de orde! Ook de kunstenaars die Ans Verdijk in haar lessen behandelden volgden die filosofie. Kunst die niet was bedoeld als mijlpaal voor de eeuwigheid maar even vluchtig en organisch als het leven zelf.[2] Het kon onooglijk klein zijn, of monumentaal groot, zwaar, tragisch of theatraal, maar ook luchtig en feestelijk. Als docent had ze een duidelijke signatuur, maar wat ze maakte als kunstenaar? Ik had geen idee.

    Drie jaar geleden benaderde ik Ans Verdijk voor een interview. Het plan was om vooral te focussen op haar atelier en de werken die ze daar maakte. We begonnen het gesprek aan tafel in de woonkamer en dronken thee, Ans vertelde uitvoerig over haar werk. De deur van het atelier bleef echter dicht. ‘Nee, dat gaat echt niet,’ zei Ans, toen ik er naar vroeg. ‘Wat daar binnen gebeurd is echt alleen van mij. Zelfs mijn partner mag daar niet naar binnen.’ Het werd dus een atelierbezoek voor een gesloten deur. Hoe groot haar werkruimte was, of die vol was of leeg, of er daglicht was of juist diepe duisternis heerste; ik kon er alleen naar raden. Maar door Ans haar verhalen kreeg het atelier langzaam gestalte in mijn hoofd, met ieder woord doemden er meer stukjes op uit de mist.

    Vorig jaar belde Ans opeens: ‘Ik dacht, misschien moet ik het toch maar eens proberen. Delen met anderen wat ik doe daarbinnen. Als je wil, mag je een keer komen kijken.’ Een paar dagen later zaten we weer met een kop thee in de woonkamer. Vervolgens liep Ans naar de gang en zette de deur van haar atelier open. Ik stapte voorzichtig binnen, er was weinig plek om te lopen. Ik keek één keer langzaam de ruimte rond en ik begreep even niet wat er met me gebeurde, tranen prikten in mijn ogen. Ans heeft dat denk ik niet gezien die middag. Ze stond in de deuropening te wachten, vermoedelijk nog te nerveus om me aan te kijken. Waarom raakte me dat zo?

    Want op het eerste gezicht is het vooral veel. Overal staan, hangen en steunen er dingetjes, gebroken dingen vaak, samengebracht in een kluwen van fröbels[3] en frutsels. Zoals kinderen samen met de boswachter een uilenbal uit elkaar pluizen om uit die bol haar en veren te ontcijferen wat de uil allemaal heeft verteerd, zo kun je deze ruimte ook uitpluizen. Wat je vindt? Zo’n beetje alles wat wij als mens tijdens ons leven met ons meedragen. Een weefsel van papier, klei, textiel, garen, kurken, servies, gips, haar, gereedschappen, beeldjes, foto’s, woorden, kleding. Voor Ans hebben de werken veel te maken met herinnering, en hoe wij onze herinneringen bewaren. Herinneringen kunnen immers gekoppeld zijn de mensen die we kennen, maar ook aan voorwerpen in ons huis, aan een geur, een bepaalde plek, een getal, een smaak, een woord. En we hebben maar weinig controle over hoe en waarom een bepaalde herinnering getriggerd wordt.

    In december 2024 verplaatste Ans Verdijk de inhoud van haar atelier naar de tuinzaal van Odapark. Na een dag uitpakken ademt de ruimte al weer de sfeer van haar studio. We spreken er op een mistige ochtend over haar werk.

    Ans: ’Wat je hier ziet zijn eigenlijk allemaal vertalingen van dingen die je ooit gezien hebt. Een stuk gereedschap of kleding, maar het kan ook een gerecht zijn. Dat wordt dan weer in een andere setting gemixt met weer een nieuwe herinnering. Eigenlijk alles wat je als mens aan en om je heen hebt, of wat je tijdens je leven opgezogen hebt, heb ik in deze wereld zo geschapen. Het is een constante verandering van de gedaantes van dingen en de connecties die ze hebben. Zoals herinneringen ook voortdurend van vorm veranderen. Het is eigenlijk net als in mijn brein; de dingen die ik gezien heb vormen connecties met weer iets anders. Het heeft ook veel met mist te maken, die herinneringen, omdat ze langzaam mistig worden, vervormen en soms niet meer herkenbaar zijn. Je herkent een geur of een stem, maar weet niet meer waarvan.’

    In harde letters op een scherm of papier lijkt de titel BEWAAR / BEWARE ZIMMER misschien wat moeilijk te doorgronden titel. Drie woorden in drie verschillende talen. Terwijl Ans me de titel voorleest wordt duidelijk dat ze de woorden op een zelfde manier bij elkaar plaatst als de werken in haar tentoonstelling. De woorden hebben een betekenis, een verleden en associaties, maar deze zijn veranderlijk. Ans lijkt de woorden al sprekend te proeven, alsof ze zoekt naar nieuwe smaken en dus mogelijkheden. Bewaren en Beware koppelt ze zowel aan de tentoonstellingsruimte vol werken (bewaarkamer) als aan de voorzichtigheid waarmee bezoekers er doorheen zullen manoeuvreren: Beware! Het Duitse Zimmer (kamer) wordt in haar woorden al gauw een stem of stemmer maar evengoed een ‘shimmer’: een glinstering of flonkering. Iets wat temidden van de massa plots even oplicht. Alsof er heel kort even een lampje aan gaat. Ans Verdijk: “Dat is de sfeer die ik wil oproepen. Dat je voelt, hier is nog iemand of diegene is net weg, maar er is nog contact mogelijk. Zoals een geest, iemand die hier nog ronddwaalt en jou triggert in je associaties. Het zijn veel gebroken dingen hier, maar die gebroken dingen vormen alweer verbindingen met andere objecten, vormen een nieuw netwerk. Ik begrijp ook wel dat sommigen bezoekers vooral zullen denken, "Wat veel allemaal en hoe moet je dit straks weer allemaal opruimen?” Ja het is veel, maar tegelijkertijd is dit ook één werk waar je naar kijkt en in die zin weer heel compact. Zoals een brein. Het is een brein, hoe een brein functioneert, hoe je connecties maakt, hoe dingen in je hoofd opdoemen en wat je daar vervolgens mee doet.’

    Misschien was het dat wat me zo overviel, toen ik die bewuste dag het atelier van Ans binnenliep. Het ontroerende inkijkje in het brein van een ander mens, hoe kwetsbaar dat is om daar anderen binnen te laten. Tegelijkertijd was er ook herkenning. Vergeten herinneringen die plots weer geactiveerd werden. Het gevoel dat niet alles dat verdwijnt voorgoed weg is, soms kan het op onverwachte plekken en momenten weer opduiken. Dingen verdwijnen in de mist, maar soms geeft de mist weer iets terug. En voor even is het dan van jou.

    [1] ‘Less is more’: Een uitspraak die aan architect Mies van der Rohe is toegeschreven, bekend om zijn strakke formele ontwerpen. De uitspraak werd later gecounterd door ontwerper en mode-icoon Iris Apfel: ‘Less is a bore’ (Minder, dat is gewoon saai.)
    [2] Ans Verdijk: “Wat ik doe is niet voor de eeuwigheid. Voor mij gaat het om het onderzoek, het ontdekken, de verbazing, de wat-gebeurt-hier-toch, wat-ontstaat-hier-dan? Een soort wolk en die prik je door en dan is het weer weg.”
    [3] naar Friedrich Fröbel, de oprichter van de eerste kleuterschool in 1837. Hij noemde de school Kindergarten, als een tuin waar kinderen ruimte kregen om te groeien.

    COLOFON

    BEWAAR / BEWARE ZIMMER
    25.01 – 21.04 2025

    Samenstelling: Ans Verdijk en Joep Vossebeld
    Organisatie: Hester van Tongerlo
    Tekst: Joep Vossebeld
    Grafisch ontwerp: Inge Korten

    Mede mogelijk gemaakt door:
    Mondriaan Fonds
    Provincie Limburg
    Gemeente Venray

    Oeffeltseweg 21, 5835 BB Beugen   -   T. +31 (0)485 36 26 18   -   M. +31 (0)6 53 39 62 29   -   E. mail@ansverdijk.com